Slakken in de tuin

Slakken in uw tuin kunnen voor overlast zorgen omdat ze planten aanvreten. In een moestuintje vreten de slakken ook groenten en fruit aan. Vooral jonge planten, planten die net ontkiemen of planten met zachte, kwetsbare bladeren.

Hoe herken ik slakken in mijn tuin?

De meest voorkomende slakkensoorten in de tuin zijn de naaktslakken; de grauwe veldslak, de (grote) zwarte wegslak en de grote aardslak. De naaktslakken zijn te herkennen aan de grijs(bruine), zwarte of gelige kleuren. Deze slakken zijn ook aanzienlijk groter dan de huisjesslakken. Huisjesslakken hebben, zoals de naam al zegt, een schelp op hun rug en zijn over het algemeen niet schadelijk voor uw tuin. Alleen naaktslakken en de segrijnsslak (met een bruin huisje) kunnen schade veroorzaken aan uw tuin. Andere slakken zijn onschuldig en vreten de jonge planten in uw tuin niet aan.

De sporen die de schadelijke slakken achterlaten zijn gaten in het blad  en slijmsporen op bestrating en beplanting. Vooral met warm, vochtig weer zijn slakken actiever.

Slakkenschade, wat nu?

Bij slakken overlast kunt u gebruik maken van slakkenkorrels, uw hovenier kan u hierbij adviseren. Zo weet u zeker dat de korrels geen schade toebrengen aan planten, en dieren als egels en vogels. Die dieren zijn de natuurlijke vijanden van de slak, dus door deze een plek te geven in uw tuin bestrijdt u de slakken op een natuurlijke manier. Ter voorkoming van vraat aan de planten kunt u jonge planten beschermen door een barrière van zo’n 5 cm breed te plaatsen van koffiedik, sparrennaalden, grind, kalk of andere droge, scherpe materialen. Slakken kunnen hier namelijk niet overheen kruipen. Het is ook mogelijk een speciale slakkenrand te laten plaatsen door uw hovenier. Ook het aanplanten van andere beplanting om de slakken op afstand te houden, behoort tot de mogelijkheden waar de tuinspecialist u bij kan helpen.